Brenno is de beste freestyle -kanoër van Nederland
Windesheimstudent Brenno kocht drie jaar geleden een kano om tijdens een vakantie ‘lekker te kunnen peddelen’. Sindsdien doet hij weinig anders meer. Het liefst doet hij trucjes. Daarmee won hij zelfs het NK freestyle.
Trucjes in een kano, hoe dan?! Brenno Prakken (21), tweedejaars small business & retailmanagement, draait zijn hand niet om voor een salto, schroef of radslag. “Een voorwaartse salto maak je bijvoorbeeld door te balanceren op de voorkant van de kano en jezelf met je peddel naar beneden te ‘pompen’. Hoe dieper je jezelf naar beneden pompt, hoe hoger het water je vervolgens omhoog duwt. Als ik dan uit het water schiet, gooi ik mijn hele lijf in de strijd om met kano en al een salto boven het water te maken.” De hoogte van zijn sprongen is ook de reden dat hij in 2016 eerste werd op het NK. “Ik kwam met alle moves geheel uit het water, daar kreeg ik bonuspunten voor. Het kost erg veel kracht om dat te kunnen. Ik fitness al jaren, dat komt hierbij goed van pas!”
Skippybal tussen de benen
Voor zijn kanotrucs heeft Brenno ook een speciale freestyle kano. “Die is een kleine twee meter lang, dat maakt hem wendbaarder dan een langere wildwaterkano. En om goed vast in mijn kano te zitten, klem ik altijd een skippybal tussen mijn benen. Gewoon eentje van de speelgoedwinkel. Dat werkt perfect!”
Brenno’s favoriete truc is een phoenix monkey, een pirouette van 360 graden op de voorpunt van de kano, die vervolgens overgaat in een voorwaartse salto. “Hij was erg moeilijk om te leren: je zet de pirouette in met een peddelslag van je rechter peddelblad aan de linker kant van de kano. Dat is een onnatuurlijke beweging die veel kracht en balans vraagt. Maar hij ziet er heel spectaculair uit!”
Een truc die Brenno nog heel graag onder de knie wil krijgen is de salto achterover op stil water. “Die is ontzettend moeilijk om uit te voeren, doordat je geen zwiep kunt maken, zoals bij een salto voorover. Eén keer heb ik ‘m iemand zien doen en er zijn zo ver ik weet maar twee mensen ter wereld die het kunnen. Als ik die zou beheersen, win ik het komende NK sowieso!”
Het NK vindt plaats op stilstaand water, maar ook op wild water kun je als freestyle kanoër trucs doen.
“Dat water is geschikt voor salto’s, maar ook voor blunts, waarbij je in de lucht een draait maakt van 180 graden. Dan land je achterstevoren weer op het water. Een radslag kun je op wild water maar beter niet proberen, dan spoel je zo weg!”
Overstroming
Om te kanoën op wild water gaat Brenno naar een wildwaterbaan in Zoetermeer, of in de zomer met vrienden naar Duitsland of Oostenrijk. Om ‘gewoon’ met een kano een rivier af te dalen, maar ook om zijn trucs te oefenen. Een groot avontuur was de reis naar Plattling, een Duits dorpje dat bekend staat als het mekka voor kanoërs. “Er is een rustige rivier waar ze een dam in hebben gebouwd, zodat je een mooie golf krijgt waar je overheen kunt surfen en je trucs op kunt oefenen.”
Met een vriend reed Brenno hier naartoe, met de intentie om door te rijden naar Oostenrijk. “Bij Plattling ging onze auto echter kapot, dus die moest een paar dagen naar een garage. We besloten in Plattling te blijven. De eerste dag stond het water laag, langzaamaan steeg het steeds verder en werd de stroming wilder, dus we hebben allerlei verschillende trucs kunnen oefenen! Maar op een gegeven moment stond het waterpeil nog maar een centimeter onder de oever en onze tenten stonden op lager gelegen gebied. Dus we hebben om acht uur ’s avonds in de schemering en de regen onze tenten afgebroken en zijn met ons kleine huurautootje drie keer heen en weer gereden om alle spullen naar een hoger gelegen plaats te brengen. Dat was maar goed ook: de volgende dag stond de plek blank!”
Hobby of werk?
Ondanks zijn inzet en enthousiasme voor kanoën ziet Brenno geen carrière in de kano-wereld voor zich. “Als ik van mijn hobby mijn werk maak, heb ik geen hobby meer! Kampioen worden is dan ook niet mijn doel, maar ik ga zeker weten weer meedoen aan het NK, op 10 juni. Ik wil de trucs die ik beheers consistent uit kunnen voeren. Ik ben al fanatiek aan het oefenen!”
Tekst: Janine Sterenborg
Foto: Jasper van Overbeek