Schriftelijke reactie Van der Wal op bezorgde brief van deelraad g&w
- Directeur Social Work erkent dat het managementteam te lang onzichtbaar’ is geweest.
- Ontwikkeling van Social Work en de komende accreditatie vragen om vooruit kijken.
Er zijn fouten gemaakt. De werklast van de managers was te hoog, en het managementteam van het domein was onzichtbaar. In een brief aan de deelraad gaat directeur Ineke van der Wal uitgebreid in op de vragen en zorgen die de raad eerder, in een brief van 13 februari, had geformuleerd.
Het rommelt binnen Social Work. De onrust begon eind vorig jaar, toen de drie opleidingsmanagers van de kersverse opleiding social work, Jan Willem Bruins, Jildau de Haan en Tamara Mulders, ófwel van hun managementtaken werden ontheven (Bruins), dan wel (de Haan en Mulders) zélf aangaven op termijn te willen stoppen. Dit leidden tot grote onrust onder docenten, waarna de deelraad het managementteam schriftelijk vroeg om nadere uitleg. Antwoorden hadden kunnen komen tijdens de gezamenlijke vergadering van deelraad en directeur op woensdag 21 februari – maar tot verbazing van voorzitter Frank Joustra wilde Van der Wal toen niet reageren op de brief. Ze beloofde een schriftelijke reactie. Volgens Joustra was er sprake van een ‘explosieve situatie’ binnen de opleiding en hij deed verwoede pogingen meer te weten te komen over wat zich in die weken achter gesloten deuren had afgespeeld. Maar hij kreeg nul op rekest.
In haar schriftelijke reactie van afgelopen dinsdag wijst Van der Wal erop dat ze de zorgen van de raad deelt en dat De Haan en Mulder, samen met de nieuw aangetrokken managers Riejet Nijdam en Jolling Lodema, een groot deel van de gesignaleerde problemen al aanpakken. Daarbij zal De Haan langer blijven dan eerder aangegeven, in ieder geval tot de zomervakantie. Mulders, zo is nu afgesproken, blijft in elk geval tot de visitatie van 24 april. Van der Wal herhaalt haar excuses voor het het ‘onzichtbaar’ zijn van het MT: ‘In mijn streven om zo correct mogelijk te handelen en de privacy van individuele personen niet te schenden, realiseer ik mij dat de informatievoorziening te laat op gang is gekomen.’
Van der Wal wil verder kijken. Ze constateert dat de drie managers, vanwege hun hoge werklast, niet toegekomen zijn aan de implementeren van het Onderwijs Ontwikkelingsplan. Jolling Lodema werkt (met een aantal anderen) aan een ‘aangepaste uitwerking’. De deelraad heeft aangegeven daarbuiten te willen blijven, maar zal op de hoogte worden gehouden. (MH)