De commotie rond de Nashvilleverklaring laat zien dat diversiteit voor velen niet vanzelfsprekend is. Dia Wilbrink en Sjiera de Vries, beide betrokken bij de minor diversiteit, willen studenten en docenten leren om professioneel om te gaan met alle soorten diversiteit.
Sjiera: ‘Je moet kijken naar de inhoud van het onderwijs, de omgang met studenten én de omgang met medewerkers.’
Dia: ‘Docenten moeten diversiteit leren uitdragen. Het moet een vast onderdeel worden van hun lessen. Maar wat je vaak hoort is: diversiteit, dat hoort bij die-en-die. Of docenten zeggen: daar heb ik niks mee. Zo komt het onderwerp dus nooit van de grond.’
Sjiera: ‘Diversiteit gaat niet alleen over ras en gender. Wanneer studenten interdisciplinair moeten werken en in contact komen met studenten uit compleet andere opleidingen, dan is al sprake van diversiteit. En uiteindelijk komen studenten terecht in een diverse werkomgeving. Studenten worden er te weinig mee geconfronteerd. Neem de docenten hier op Windesheim. Daarbinnen is diversiteit, zal ik maar zeggen, beperkt aanwezig. Dan zou het geen kwaad kunnen als we als Windesheim gastdocenten uitnodigen met een andere achtergrond, die meer kunnen vertellen over hun persoonlijke ervaringen met de diversiteit in de beroepspraktijk.’
Dia: ‘Wat je op zo’n moment moet doen is heel gericht ervaringsdeskundigen binnenhalen, of naar voren halen. Die persoonlijke ervaringen hebben pas écht impact op de meningen van studenten. Je moet daarbij ook voorkomen dat bepaalde studenten in de klas steeds op hun achtergrond worden aangesproken en alleen daarop worden beoordeeld.’
Sjiera: ‘Waar het om gaat is dat docenten dat bespreekbaar weten te maken, de communicatie daarover stimuleren en zorgen voor een veilige omgeving waarin iedereen vrijuit kan spreken.’
Dia: ‘Wat ik bij de studenten zie is dat die communicatie moeizamer lijkt te verlopen. De huidige studenten zitten veel meer in een eigen bubbel, die geschapen wordt door de social media en waarbij meningen die niet aansluiten op hun eigen meningen automatisch weg gefilterd worden. Ze zijn niet meer gewend hierover in dialoog te gaan. Ze zeggen: “dit vind ik – punt.” Alsof dat het einde van het gesprek is, terwijl dat juist daar moet beginnen.’
Sjiera: ‘Het is tegenwoordig ook veel makkelijker om die dialoog uit de weg te gaan. Als je wilt, kom je die “ander” gewoon niet tegen.’ (MH)