Windesheim heeft hoge verwachtingen bij leerwegonafhankelijk toetsen, vanwege het succes bij de deeltijdopleidingen. Eelco Boss vraagt zich af of dit systeem bij voltijdstudenten ook goed gaat werken.
Bij de deeltijdopleiding ‘Leven Lang Leren’, voor sociaal werk en verpleegkunde studenten, wordt leerwegonafhankelijk getoetst. De deeltijders hoeven niet alle lessen van de modules te volgen, in principe is het voldoende om de filmpjes en powerpoints op de ELO te bekijken. De stof wordt niet apart getoetst, maar integraal in een Eenheid van leeruitkomst (EVL). De student mag zelf kiezen wat hij voor toetsing aandraagt: een zelfbedacht product of een door de opleiding aangeboden opdracht. Het overgrote deel kiest voor dat laatste.
Ik geef zelf aan de deeltijders ‘verrijkende’ lessen die met politiek en met sociologie te maken hebben. Voor deeltijdstudenten kan deze manier van studeren een uitkomst zijn. Zij hebben vaak al veel voorkennis en levenservaring en zijn meer gemotiveerd en gedisciplineerd dan voltijders. Het zijn kleine deeltijdklasjes zonder aanwezigheidsplicht, dus je kunt heel gericht les geven op basis van de leervragen. Doe je dat niet, dan blijft je lokaal leeg. Dat prikkelt.
Wat mij zorgen baart bij dit systeem: de meeste kennisvakken worden alleen nog online aangeboden en niet apart getoetst. Calculerende studenten nemen wat begrippen over uit de ELO-powerpoint en parkeren die in hun Eenheid van leeruitkomst. De beoordelingscriteria zijn dermate vaag dat ze een voldoende kunnen halen zonder zich werkelijk tot de stof te verhouden.
Daar komt nog bij dat álle docenten de EVL’s moeten kunnen nakijken, dus een docent medische kennis moet ook bijvoorbeeld politiek en sociologie nakijken.
En die gelooft de gemaakte opdracht al snel.
Ik vind dit een negatieve tendens die ik meer zie in het hoger onderwijs: kennisverwerving wordt geridiculiseerd en geminimaliseerd. Ter illustratie: waar mijn voltijdstudenten nu nog twaalf hoorcolleges en een meerkeuzetoets over alle facetten van de geschiedenis van het sociaal werk krijgen, komen deeltijders er vanaf met een onlinemodule en de eis dat ze in hun EVL ‘de beroepscontext kunnen plaatsen in een historisch perspectief’.
Minder leuk voor docenten: de ratio lesgeven/nakijken is behoorlijk doorgeslagen naar dat laatste. Persoonlijk ben ik docent geworden vanwege het eerste. EVL’s zijn behoorlijke boekwerken die digitaal nagekeken moeten worden. Voor het nakijken van een EVL staat 2,5 uur nakijktijd. Dus dat is 25 uur voor tien studenten.
Gaat leerwegonafhankelijk toetsen ook werken voor voltijders? Ik vrees dat de torenhoge verwachtingen qua zelfsturing en zelfdisciplinering niet zullen uitkomen. Ik zie eerder het tegenovergestelde: (voltijd)studenten vragen juist steeds meer duidelijkheid en weten steeds minder wat ze willen.
Een ander bezwaar tegen dit systeem: in het beroep sociaal werk is persoonlijke vorming belangrijk. Dat leer je in de groep medestudenten. Het individualistische ‘eigen leerroute’-model staat hiermee op zeer gespannen voet. Studenten kunnen steeds met andere mensen in een groep zitten en hoeven zich niet duurzaam tot medestudenten te verhouden. Zijn individuele leerroutes daadwerkelijk een goede oplossing in deze tijd, waarin mensen zich steeds verder terugtrekken in het ‘eigen gelijk’ en maatschappelijke instituties toenemend wantrouwen?
Eelco Boss is docent bij Social Work en geeft les aan de deeltijdopleiding ‘Leven Lang Leren’ van Gezondheid en Welzijn.
Dank je wel voor dit artikel. Als docent Ethiek heb ik ook zorgen over de punten die je noemt.