Inge Strijker, docent bij HBO-ICT, schreef een kinderboek, ‘De programmeerbende’. Om kinderen te leren dat programmeren leuk is. Maar eigenlijk zou iederéén daar meer van moeten weten.
Kun je kort iets over de inhoud vertellen?
‘De hoofdpersoon is Felienne, een meisje op de basisschool. Ze houdt van programmeren maar haar ouders vinden dat niet goed. Die hebben gelezen dat computers slecht zijn voor het kinderbrein, dat kinderen buiten moeten spelen en zo… Wanneer er een markt wordt georganiseerd op school, bedenkt Felienne het plan om daar met een aantal programma’s te gaan staan en daar geld mee te verdienen, zodat haar ouders kunnen zien hoe leuk programmeren is. Samen met drie kinderen uit haar klas richt ze de ‘Programmeerbende’ op, een club die allemaal leuke computerprogramma’s maakt. Maar dan gaat het mis…. de school wordt gehackt… en dan moet de bende in actie komen…’
Zo te horen is het weer een poging om meisjes voor techniek te interesseren… ‘Nee! het boek is niét bedoeld om alleen meisjes te stimuleren om te gaan programmeren, maar iedereen!’
Maar het is een meisje…
‘De belangrijkste reden dat de hoofdpersoon een meisje is, is dat ik makkelijker vanuit het gezichtspunt van een meisje schrijf. Waar het mij om gaat is dat programmeren leuk is voor iedereen, jongens én meisjes. En dat het noodzakelijk is dat we daar allemaal kennis mee maken. ICT is een van de grote drijvende krachten achter innovatie. Een van de vormers van onze samenleving. En de invloed van ICT wordt alleen maar groter. Dat kunnen we niet aan een klein aantal ICT-experts overlaten, daar moet iedereen iets van snappen. Zodat iedereen met de programmeurs kan meedenken en meepraten over hoe we de samenleving vorm geven.’
Waarom speelt het zich af op een basisschool? Zijn die kinderen niet erg jong?
‘Ik merk dat als ik voor kinderen schrijf, ik me onbewust richt op kinderen van rond de twaalf jaar. Vandaar. En basisschoolleerlingen staan volgens mij nog open voor dit soort zaken. Eenmaal op de middelbare school ontstaat al snel de opvatting dat programmeren saai is en niet cool.’
Is dit je eerste kinderboek?
‘Ja. Ik heb het manuscript naar twaalf uitgevers gestuurd – en die hebben het allemaal afgewezen. Ik vrees dat je een bekende Nederlander moet zijn om nog een kinderboek gepubliceerd te krijgen – of het moet écht héél goed zijn. Wat waarschijnlijk ook heeft meegespeeld is dat de tekst toch wat ‘technisch’ is. Daar schrikken uitgevers van terug. Uiteindelijk kwam ik terecht bij Onderstroom. Daar had ik al contacten mee, en die wilden het graag uitgeven.’
Staan er ook computerprogramma’s in?
‘Nee, het boek bevat geen programma’s. Het moet wel leesbaar blijven, maar ik laat wel zien hoe de bendeleden op bepaalde ideeën komen en hoe ze deze uitwerken. Maar samen met Felienne Hermans van de Universiteit Leiden (eigenlijk is zij de hoofdpersoon!) hebben we een website opgezet waar die programma’s wél op staan, zodat kinderen daarmee aan de slag kunnen. Ze kunnen ze bijvoorbeeld herschrijven, om te zien wat er dan gebeurt. Basisschooldocenten kunnen daar ook een lesbrief vinden als ze met programmeren aan de slag willen gaan.’
De Programmeerbende kost 14,95 en is te bestellen via: https://www.uitgeverijdeonderstroom.nl/deprogrammeerbende/