WIN speurt naar studenten die er opvallend uitzien. Deze week: Elise Pool (22), tweedejaars journalistiek.
Hoe lang ben je al een Goth?
“Ik was een jaar of 14 toen ik dacht ‘hé, het is leuk om alternatief te zijn’. Ik mocht mijn haar niet verven van mijn moeder, want het was ‘zo mooi rood’. Ik luisterde toen al veel rock en metal. Maar je kon het niet aan mijn uiterlijk zien. Op mijn zestiende nam ik mijn eerste tatoeage: ‘be different’.”
Zijn die schoenen zwaar?
“Ja, ze wegen anderhalve kilo per stuk. Wie mooi wil zijn moet pijn lijden, dat is mijn schoonheidsideaal. Ik kan er niet mee springen, alsof er een baksteen onder je zool is gelijmd. Je hoeft er natuurlijk niet Goth uit te zien om het te zijn, maar het wordt wel een beetje van je verwacht in de scene.”
Krijg je als Goth negatieve reacties?
“Mensen denken dat we allemaal depressief zijn, omdat we zwart dragen. Maar dat zegt niet per se iets over onze mentale toestand. Goths zijn juist levensgenieters! We zijn blij met wie we zijn. Op meetings heerst een heel open sfeer, het is fijn om je te omringen met mensen die zich hetzelfde voelen.”
Een tattoo van de Britse vlag?
“Deze ‘Union Jack’ op mijn schouder is mijn tweede tattoo. Engeland was altijd mijn paradijs, die hele cultuur zit in mij. Ook omdat ik drie jaar voor leraar Engels heb gestudeerd. Ik heb een hekel aan het woord Gothic, dat is een bijvoeglijk naamwoord. Iets kan Gothic zijn, maar als persoon ben je Goth.”
Tekst: Maarten Kors
Foto: Jasper van Overbeek
