In quarantaine op je studentenkamer of terug naar je ouderlijk huis? Veel studenten kiezen voor dat laatste. Maar fulltime ’thuis’ bij paps en mams is toch weer even wennen.
Wenda Drenth, derdejaars lerarenopleiding wiskunde, woonde tijdelijk bij haar vriend in Delft omdat ze daar een minor volgde, maar verhuisde vanwege het coronavirus – met vriend en al – terug naar haar ouders in Assen.
Haar ouders zijn daar ‘dolgelukkig’ mee, vertelt ze, want met hun computerbedrijf draaien ze op dit moment overuren. “In Delft had ik niet veel te doen, het enige tentamen dat ik had werd vervangen door een online opdracht. Nu kan ik mooi mijn ouders helpen. Ze richten – onder andere – online werkplekken in, dus je voelt de drukte hier in huis wel boven ieders hoofd hangen.”
Wenda kookt, doet boodschappen en helpt met het uitpakken van nieuwe producten. Ze is blij dat ze kan bijdragen, op deze manier voelt ze zich tenminste nuttig.
Het gezinsleven draait weer net als vroeger, merkt ze. “Mijn broertje is bijvoorbeeld ook blij dat ik er weer ben, hoeft hij niet in zijn eentje voor de afwas op te draaien! Al die mensen in huis vinden mijn ouders supergezellig, het is weer net zo druk als vroeger. We eten gezamenlijk en ‘s avonds doen we bordspellen, een potje Kolonisten van Catan.”
“Verder ga ik er vaak op uit om een rondje te skeeleren. Lekker hard door de straten. Dat had in het drukke Delft niet gekund.”
Thuiswonen brengt wel een uitdaging met zich mee, wat betreft haar studie. Door al die leuke dingen kan Wenda zich namelijk af en toe moeilijk concentreren voor haar schoolopdrachten. “Er is zoveel afleiding. Ik probeer mezelf te belonen. Heb ik een opdracht af, dan mag ik weer iets leuks doen. Ik lees bijvoorbeeld weer boeken en ook bak ik veel. Daarin experimenteer ik met allemaal nieuwe recepten. Dat vindt de rest van de familie natuurlijk vréselijk, haha!”
Tekst: Michelle van der Molen
Bovenste foto: Jasper van Overbeek
