In quarantaine op je studentenkamer of terug naar je ouderlijk huis? Veel studenten kiezen voor dat laatste. Maar fulltime ‘thuis’ bij paps en mams is toch weer even wennen.
Vierdejaars verpleegkunde Chemène Oosterkamp pakte haar spullen op de maandag nadat Windesheim besloot haar deuren te sluiten. De meeste van haar huisgenoten waren toen ook al vertrokken.
Eén probleem: ‘thuis’ bij haar ouders in Assen heeft ze geen eigen slaapkamer meer. “Mijn zusje en ik delen nu de zolder. We woonden allebei niet meer thuis, dus mijn ouders hebben mijn slaapkamer omgetoverd tot walk-in closet.”
Voor haar ouders was het weer even wennen aan al die drukte. “Ze mopperen niet hoor. Maar mijn zusje en ik hebben nog weleens flinke discussies met elkaar, over wie er tv mag kijken bijvoorbeeld. We zitten constant op elkaars lip. Met mijn broertje heb ik dat minder, die zit alleen maar te gamen.”
Thuis wonen heeft natuurlijk ook z’n voordelen. “Bij mijn ouders heb ik veel meer beweeglijkheid, een grote tuin en twee katten. Die mis ik wel als ik in Zwolle ben, ik ben dol op katten!”
Chemène is een druk bestaan gewend en vindt het maar lastig, dat stilzitten en thuisblijven. In juni kan ze tot haar grote blijdschap aan de slag met een nieuwe baan, in de verpleging. “Het is bij mijn ouders heel fijn, maar ik ga de coronatijd hier niet uitzitten. Want wat rust aan mijn hoofd heb ik soms wel nodig. Als iedereen beneden zit, ga ik lekker boven op zolder zitten.”
Tekst: Michelle van der Molen