Den Haag is ‘om’. Het welzijn van de student staat weer voorop. Het leenstelsel nadert zijn einde, en hetzelfde geldt voor het Bindend Studie Advies. Henk Hagoort, collegevoorzitter van Windesheim, kan er niet om treuren.
Het leenstelsel werd ooit gebracht als een buitengewoon goed idee. Al die studenten zouden hun studieschuld later gemakkelijk kunnen terugbetalen. En nu is alleen de VVD nog voorstander. Wat is er gebeurd?
‘Ik denk dat men de problemen die aan het leenstelsel verbonden zijn steeds belangrijker is gaan vinden. Die nadelen zijn inmiddels wel duidelijk. Het is vrij makkelijk is om een lening te krijgen, en dat maakt zoiets best verleidelijk. En aan de andere kant legt het een extra druk op de student: elk jaar langer studeren is een jaar langer schulden maken. Persoonlijk, als vader van vier kinderen die allemaal gestudeerd hebben, was ik nooit een voorstander van het afschaffen van de basisbeurs omdat ik zie dat het de ongelijkheid tussen studenten vergroot.’
Grote kans dat een komend kabinet met een alternatief komt. Hoe zou dat eruit moeten zien?’
‘Ik heb me daar niet tot in detail in verdiept maar het belangrijkste is, denk ik, dat lenen minder nodig moet zijn en dat het ook minder makkelijk moet zijn om je in de schulden te steken.’
De bezuiniging die daarmee werd bereikt, vloeide grotendeels terug naar het hoger onderwijs in de vorm van de ‘kwaliteitsgelden’. Dat houdt dus ook op. Hoe moet dat met alle plannen?
‘De kwaliteitsgelden – in totaal zo’n 600 miljoen euro – zijn structureel toegevoegd aan de begrotingen in het hoger onderwijs. Het gaat niet om incidenteel geld; in dat geval ga je incidentele dingen doen. Het is structureel geld en dat maakt het dus mogelijk om daarmee écht mensen aan te nemen om de kwaliteit van het onderwijs te vergroten. Er is natuurlijk een heel circus opgebouwd om te controleren of die gelden wel op de juiste wijze besteed werden, en de vraag is wel of dat blijft bestaan of dat we die besteding inmiddels zo goed ingeregeld hebben dat dat circus op termijn afgebroken kan worden.’
Maar heeft het gevolgen voor wie momenteel betaald wordt vanuit die gelden?
‘Nee. De afspraken over de kwaliteitsgelden lopen tot 2024. Als een volgend kabinet, dat in de loop van volgend jaar kan aantreden, het leenstelsel afschaft en vervangt door een soort van basisbeurs, dan zullen daarvoor extra middelen geregeld moeten worden maar de kwaliteitsgelden lopen gewoon door. Wie zijn baan aan de kwaliteitsgelden te danken heeft, heeft niets te vrezen. We hebben die middelen echt gekregen met de uitnodiging om ze structureel in te zetten.’
Dan het Bindend Studie Advies. Recent vroeg GroenLinks in een motie aan minister Engelshoven om met de onderwijsinstellingen in gesprek te gaan over de afschaffing daarvan. Daar bleek in de Kamer een meerderheid voor te zijn.
‘We hebben in het hoger onderwijs de afgelopen jaren een omslag gezien van het denken in selectie en excellentie, naar het denken in termen van toegankelijkheid en gelijke kansen. Minister Engelshoven heeft bij haar aantreden gezegd dat zij een minister van gelijke kansen wilde zijn, en heeft een tijd geleden ook gezegd dat ze een voorstander is van het afschaffen van de BSA. De reactie vanuit de universiteiten en hogescholen was er toen een van: ‘daar gaat u niet over. Ga eerst maar met ons overleggen.’ Maar tijdens de begrotingsbehandeling in november vorig jaar wees het CDA op mogelijke alternatieven voor de BSA en verwees daarbij naar ons experiment bij BMR met de doorstroomnorm. Misschien, opperde de CDA-fractie, bood dat mogelijkheden om de BSA af te schaffen. GroenLinks constateerde dat het CDA een draai had gemaakt en diende onlangs die motie in. En het CDA stemde voor. Nu is er dus een Kamermeerderheid die de minister in haar ambitie steunt.’
En wat vinden de universiteiten en hogescholen daarvan?
‘Die zijn verdeeld. De universiteiten willen die mogelijkheid behouden. Maar zij staan toch meer voor selectie en excellentie, terwijl het HBO een sterk emancipatoire functie heeft. Voor het HBO is het een zeer zinvolle discussie.’
Niemand dwingt een opleiding om de BSA te gebruiken. Waarom kan het dan toch goed zijn om die mogelijkheid af te schaffen?
‘Als minister kun je zeggen: de schade die de BSA aanricht is te groot, dus ontneem ik de onderwijsinstellingen dat instrument. Kijk, je wilt als hogeschool een negatief of positief studieadvies kunnen blijven geven maar als dat neerkomt op een briefje met ‘Je hebt te weinig punten, dus we nemen afscheid,’ dan is dat geen inhoudelijk advies. Zoiets moet onderbouwd worden. Je moet studenten perspectief bieden. Wat dat betreft is de doorstroomnorm een goed alternatief, een mooie balans tussen studenten kansen geven én de lat hoog houden. Wij zeggen bij BMR tegen studenten: je kunt op de hogeschool blijven maar dan moet je in het komende jaar die 54 punten alsnog halen, met behulp van een persoonlijk inhaalprogramma. En daar is geen wetswijziging voor nodig.’
Op dit moment kent geen enkele opleiding op Windesheim een Bindend Studie Advies…
‘Dat klopt. Door de Coronacrisis. Bij BMR hebben ze de doorstroomnorm en bij de andere opleidingen zijn alle BSA’s opgeschort vanwege Corona. Studenten die afgelopen zomer 54 punten hadden moeten halen, hebben een jaar uitstel gekregen. Die hebben hun opleiding voort kunnen zetten maar moeten die punten dus wel komende zomer gehaald hebben. En het interessante is, door dat opschorten van de BSA zie je dat veel opleidingen voor die studenten die eigenlijk te weinig punten hebben behaald, allerlei aanvullende programma’s ontwikkelen. Daar wordt dus ongewild al gewerkt met alternatieven voor de BSA zonder dat de BSA formeel is afgeschaft.’ (MH)