Een ‘koplopersgroep’ van Windesheim-opleidingen start komend najaar met flexibel onderwijs op basis van leeruitkomsten. Het bestuurscollege heeft het tijdpad bekend gemaakt waarin Windesheim flexibel onderwijs gaat ontwerpen en implementeren.
In het tijdpad worden drie groepen opleidingen onderscheiden: de ‘koplopers’, studies die in september 2021 starten met flexibel onderwijs, ‘Tranche 1’-opleidingen, die in septebmer 2022 starten en tenslotte ‘Tranche 2’-studies die in september 2023 starten.
De snelste koplopers beginnen komend najaar al meteen met flexibel onderwijs voor al hun studenten, dus van de eerstejaars tot en met de vierdejaars. Andere koplopers doen daar langer over en starten bijvoorbeeld in september 2021 met jaarlagen 1 & 2 en in september 2022 met jaarlagen 3 & 4.
De opleidingen mogen zelf kiezen in welke volgorde ze het nieuwe onderwijs invoeren, als ze maar zorgen dat vanaf september 2025 alle studenten flexibel onderwijs krijgen. Doel van de onderwijsvernieuwing is dat studenten meer mogelijkheden krijgen om af te wijken van het vaste studieprogramma.
Cyclus
Het bestuurscollege informeerde de centrale medezeggenschapsraad vorige week over deze nieuwe fase van de ‘Strategische koers’. In december 2020 is de eerste fase van de invoering van flexibel onderwijs afgerond, waarin de opleidingen hun onderwijs formuleerden in leeruitkomsten. Het tijdpad voor de nieuwe fase, het ontwerpen en het implementeren van flexibel onderwijs, wordt omschreven in het document: ‘Volgende Fase: Van leeruitkomsten naar curriculum ontwikkeling’.
Het ontwerpen en implementeren gebeurt in een cyclus die start met visieontwikkeling en het maken van een implementatieplan, vervolgens het ontwerpen van toetsen en het toetsprogramma, daarna het ontwerpen van de onderwijsactiviteiten en tenslotte de voorbereiding van de implementatie zelf.
Te strak
Heel wat te doen dus voor de kleine groep koplopers-opleidingen die komend najaar al willen starten, stelde de medezeggenschapsraad vast, want het curriculum voor komend studiejaar moet al in april klaar zijn. De raad wilde weten of Windesheim eigenlijk wel klaar is voor de invoering. En of de tijdplanning niet te strak is, met name voor de koplopers.
Belangrijke voorwaarde voor de invoering is de gelijk opgaande ontwikkeling van een ‘Digitale campus’ die de opleidingen ondersteunt bij de implementatie. De raad had twijfels of de ondersteuning al helemaal op orde is. Collegevoorzitter Henk Hagoort gaf toe dat onderdelen van de digitale campus gaandeweg nog moeten worden uitgevonden. “De koplopers zullen maandelijks uitzoeken en aangeven wat zij nodig hebben. Tranche 1 kan dan vanaf september 2022 wél van start gaan met een bestaande structuur.”
Collegelid Inge Grimm voegde toe: “Er zijn veel technici bij betrokken die kijken of het systeem goed werkt voor docenten. En helemaal nieuw is dit niet, het is al bij andere instellingen uitgeprobeerd.”
Buikpijn
Een andere voorwaarde voor een succesvolle invoering is de beschikbaarheid van een helder ‘Onderwijsraamwerk’, waarin de nieuwe structuur wordt omschreven in taakgebieden, eenheden en clusters. Niet de vakken staan in het systeem centraal, maar de student die moet aantonen dat hij leeruitkomsten behaalt.
Tijdens de toelichting van het Onderwijsraamwerk, door Allard Welmers van het Innovatieteam, kwam naar voren dat docenten niet blij worden van de ingewikkelde en soms zelfs onbegrijpelijke taal in het Onderwijsraamwerk. “Collega’s kijken met buikpijn naar dit stuk, zelfs degenen die al vaker onderwijsveranderingen hebben meegemaakt”, merkte cmr-voorzitter Claudia Tempels op.
Vraagsturing
Andere docenten in de raad trokken paralellen tussen de invoering van leeruitkomsten en de invoering van vraagsturing en WOS, een vergelijkbaar systeem van onderwijsvernieuwing waar Windesheim jaren terug zó op afknapte dat de invoering geheel werd teruggedraaid.
Ook de studentleden in de raad waren bezorgd. Ze vroegen zich af of straks voor elke student helder zal zijn wat de mogelijkheden zijn als je de leeruitkomsten en het vakkenaanbod naast elkaar legt.
Lees ook het eerdere WIN-artikel: Veel vragen over leeruitkomsten
Hoe kan in het onderwijsproces de student centraal staan als de leeruitkomsten vast liggen? Zijn de vernieuwers vergeten dat leren een relationeel proces is tussen student en aanbod en dat de uitkomst vooraf niet volledig te bepalen is? Hoe boeiend is het leerproces als je alleen op de gebaande paden mag blijven? De coronatijd maakt duidelijk dat “leerders” ook behoefte hebben aan bekende medeleerders, om vanuit de binding het leerproces te vervolgen. Onderwijs is meer dan een eenzame leerroute. Liever een vast program met veel differentiatie mogelijkheden, om te leren van elkaars verschillen.