De interesse voor studie- en studentenverenigingen is flink gegroeid. Waarom willen studenten juist nu lid worden?
“Studenten misten de sociale contacten enorm tijdens corona, de verenigingen hebben toen online van alles georganiseerd. Nu kan dat gelukkig weer fysiek. Zelf hoef ik niet bij een vereniging, ik heb genoeg vrienden. Uitgaan in een studentencafé kan ook zonder lid te zijn van een vereniging.”
Sofieke Luiken (25)
tweedejaars social work
“Ja, natuurlijk groeien verengingen. Studenten zijn het zat om steeds op Teams te zitten. We willen weer face-to-face ontmoeten en vooral gezelligheid! Persoonlijk zou ik níet bij een vereniging van mijn eigen studie gaan, daarvan ken ik al genoeg mensen, misschien bij een vereniging van de business-studies.”
Alessandro Monnee (20)
eerstejaars hbo-ict
“Bij de calo gaat iedereen bij studentenvereniging Vestuvalo. Ze organiseren heel veel feesten en je hoeft je nooit alleen te voelen. Eerstejaars kunnen daar ook ouderejaars studenten leren kennen. Heerlijk dat we na de versoepelingen gewoon weer alles kunnen doen. Je moet wel zorgen dat je studie er niet onder lijdt.”
Harmke Schennink (18)
tweedejaars psychomotorische therapie
“Ik snap goed dat eerstejaars bij een vereniging willen, maar ben zelf helemaal niet zo’n feestbeest. Ik ben gewoon druk genoeg met leren kennen van mijn nieuwe medestudenten. Daarbij; veel verenigingen zijn niet echt mijn ding omdat ze zich op een kleine ons-kent-ons club richten, of religieus of politiek georiënteerd zijn.”
Tim Land (17)
eerstejaars lerarenopleiding Engels
“Ik snap dat studentenclubs groeien, nu de coronamaatregelen versoepelen. Iedereen heeft nu gewoon veel zin in evenementen en feestjes. Verenigingen bieden dat én ze zorgen dat alles volgens de regels gaat. Bij mijn opleiding hebben we een leuke studievereniging rondom geschiedenis, daar wil ik misschien wel bij.”
Anne Busser (20)
eerstejaars lerarenopleiding geschiedenis
tekst en foto’s: Ernest Mettes
