En daar loop ik dan, als derdejaars student met Google Maps door mijn eigen studentenstad waar ik, op wat shoppen na, alleen in de Bruisweek ben geweest. Ik heb het idee dat iedereen mij aanstaart als ik ‘Het Vliegende Paard’ in typ. Welke student kent haar eigen studentenstad niet?
Ik heb bij een vriendin afgesproken die naast Het Vliegende Paard woont. Nog 400 meter. Het begint met regenen en ik verzink in mijn gedachten. Drie jaar geleden liep ik hier ook, als eerstejaars student. Omringd door roze, groene, blauwe, gele en paarse T-shirts leerde ik de stad kennen. Het was 30 graden en alles voelde perfect. De ouderejaars die de bruisweek organiseerden probeerden ons met man en macht in beweging te krijgen tijdens een potje waterballon-trefbal. In het begin waren we afwachtend, maar later deed iedereen vol enthousiasme mee.
Nog 300 meter. Raar is het, om te bedenken dat dat al drie jaar geleden is. Ik had verwacht dat ik na de bruisdagen met mijn klasgenoten uit zou gaan, zou feesten of gewoon een terrasje zou pakken eens in de zoveel tijd. Het ultieme studentenleven was immers begonnen. Maar nu? Nu weet ik pas sinds een week wat voor stage mijn klasgenoten doen. Er blijkt zelfs iemand geswitcht te zijn van studie, een jaar geleden. Ik kon het niet weten, ik had alleen online les vanwege corona.
Nog 200 meter. Hoe zag het café er ook alweer uit? Ik probeer het mij te herinneren. Toen ik er voor het laatst was, probeerden er vier mensen op 2 vierkante centimeter te dansen en stond je klem vanaf de voordeur. Behalve een bezweet groen bruisweek T-shirt en twee mensen die nog dichter in elkaars aura kwamen dan de gemiddelde aanwezige student, heb ik vrijwel niets gezien. Gezellig, dat was het zeker.
Nog 100 meter. Het leven V.C. (voor corona) zou mij zo goed doen nu! Ik zou mijn vrienden kunnen zien, kunnen lachen, uitgaan in Het Vliegende Paard en dansen op 2 vierkante centimeter terwijl ik verwend word met een bierdouche.
Ik ben er. Mijn tweede keer bij Het Vliegende Paard, na drie jaar studeren. Eens moet de tweede keer zijn. Ik kijk even door de ruit naar binnen. Ik herken niets meer. Ooit hoop ik mijn studententijd nog eens in te halen. En tot die tijd loop ik maar gewoon rond met Google Maps.