“Ongeveer twee jaar geleden onderging ik de laatste ingreep (fingers crossed) als gevolg van een hersenbloeding in 2018. Deze lotusbloem heb ik daarna laten zetten, hij staat symbool voor mijn strijd en de veerkracht in de moeilijke jaren van risicovolle operaties die nodig waren en het telkens weer moeten revalideren, maandenlang. Een lotus groeit namelijk omhoog vanuit donker, vies of moerassig water.
Elke ingreep is heel heftig geweest, vooral de maanden ervóór waren letterlijk doodeng: je weet van tevoren namelijk niet hoe je eruit komt. De zenuwpijn had erger kunnen worden, ik had blind kunnen worden of, in het ergste geval, ik had de operaties zelfs niet kunnen overleven. En iedere keer moest ik de keuze maken, doe ik het wel of niet? En dan iedere keer weer vrijwillig in de auto stappen om naar het ziekenhuis te gaan… dat was het heftigste. Erger dan de hersenbloeding zelf, want daarvan wist ik niet dat ‘ie eraan kwam.
Ik ben er zonder al te grote gevolgen uit gekomen, maar ik leef nog dagelijks met de restklachten van niet-aangeboren hersenletsel, zo heb ik zenuwpijn aan mijn hele rechter kant en worden mijn hersenen sneller moe. Daarom draag ik overdag ook een grote gele bril, die zorgt ervoor dat mijn ogen minder snel vermoeid raken.
Mijn tatoeage herinnert mij eraan dat ik eerder sterk ben geweest, ik ben telkens weer uit die shit gegroeid. En ik kan dus wéér sterk zijn als het ooit weer nodig is.”
Ellen Jansen
werkzaam voor het international office van Hogeschool Windesheim
Tekst: Wouter van Emst
Foto: Herman Engbers