“Ik ben opgegroeid met twee katten: Pietje Bell en Michaeltje. Twee jaar geleden overleed Pietje Bell en daar had ik het heel moeilijk mee. Hij hing altijd om me heen, hij wilde altijd knuffelen. Als ik nog geen twee seconden op de bank zat, kwam hij al op schoot. Van een afstandje lijkt mijn tattoo net een vlinder, maar het is de helft van Pietje Bells kop. Als Michaeltje doodgaat, komt hij op de andere helft te staan.
Nu ik samenwoon wil ik heel graag weer eens een kat. Maar om straks elk dier op mijn arm te laten tatoeëren, dat gaat wat ver. Pietje Bell en Michaeltje zijn speciaal: zij waren er het eerst.”
Suzanne Brink, tweedejaars student social work
Tekst: Silke Polhuijs
Foto: Gerben Rink