Die kwam binnen
Ik moest even slikken. Niet mijn beste beeldmoment. Maar daar hebben we allemaal mee te maken. De maker van de afbeelding die hierboven staat is anoniem. De afbeelding is een meme. Een afbeelding met een boodschap, vaak humoristisch.
Studenten hebben me uitgelegd dat ik er positief naar moet kijken. Boodschap: de eerste indruk (linkerdeel van de foto) kan soms bedriegen. Daar moet je soms doorheen om de ware persoon (rechterdeel van de foto) te leren kennen. En die is best wel ok.
Het is ook kritiek op de manier waarop mensen elkaar beoordelen in dating-apps als Tinder en Happn. Foto, swipe links (bad) of rechts (ok). Een cultuur om mensen te beoordelen in een fractie van een seconde. Memes worden van veel docenten (en studenten) gemaakt. En ze worden verspreid via allerlei onlinekanalen.
Meme en gen(e)
De meme op de afbeelding is onderdeel van een beeldtaal die onze studenten vaak uitstekend kunnen ‘duiden’. Ze zijn al jaren getraind in het begrijpen van die beeldtaal. Wat is dat, een meme?“Een meme is een element in de menselijke cultuur dat zich, net als een menselijk gen, verspreidt door replicatie.”Een stukje beeldinformatie dat gebaseerd is op eerder beeldmateriaal met als doel iets toe te voegen en dat weer te delen.
Het woord is afgeleid van het Griekse woord mìmêma (“iets dat wordt afgeleid”) en bedacht door cultureel bioloog Richard Dawkins in 1976, analoog naar het woord gen (in het Engels gene). Het goed kunnen lezen van de boodschappen en humor die in memes verborgen zit, vereist dus een flinke kennis van films, series en actualiteiten.
Online hangen
In deze wonderlijk onlinewereld zijn er ook weer onderstromen. Net zoals in elke culturele ontwikkeling verschilt de onlinewereld niet van die van de offline. De onderstroom gaat over pesten, belachelijk maken, net op het randje (en soms er overheen). Met zijn tienduizenden studenten, docenten en ondersteunend personeel in Zwolle en Almere zullen we als Windesheim vast wel een soort van doorsnede zijn van onze bevolking. Kortom ik verbaas me nergens over.
Nagenoeg iedereen is minimaal een passieve consument. Een aantal (ongeveer 10%) ontpopt zich als reageerder, dus een beetje actief deelnemen door een filmpje te liken, duimpje, een comment toe te voegen etc. En maar een klein groepje, ergens rond de 1 á 2 procent maakt dingen. Upload video’s (of nu Stories genaamd), deelt luisterfragmenten (podcasts), deelt foto’s etc. etc. Echt comfortabel om te delen vinden we het nog niet. Maar als het over praten gaat, koffie leuten, hangen, vrijmibo’s etc. dan nemen we daar veel makkelijker aan deel.
Clubhouse
Daarom doet Clubhouse, de trendy invite-only app voor iPhone-gebruikers, het ook zo goed. Er zijn al verschillende zakelijke toepassingen van Clubhouse. En misschien is het een platform dat zich leent voor innovatief onderwijs, discussiegroepen, meet & greet etc.
Discord is ook zo’n favoriet studenten/nerdy chat – en deelkanaal. Discord breidt zijn functionaliteit uit om het digitaal samenzijn te versterken. SOOZ is inmiddels ook op Discord met als doel de eenzaamheid onder Zwolse studenten tegen te gaan. Ze hebben daar bijvoorbeeld een Daily Routine. Meer informatie over deze dagelijkse routine: https://liveadminwindesheim.sharepoint.com/sites/Nieuws/SitePages/Daily-Routine.aspx
Nog even tanden op elkaar in deze coronatijd. Maak mooie en humoristische online content. Ik wens iedereen succes daarmee. Deel dat materiaal met win-nieuws, het meme-kanaal, discordgroepen, Teams, maar vooral met elkaar.
Bertrand Weegenaar is docent HBO-ICT in Zwolle