September is voorbij en ik kan me levendig voorstellen hoe onze eerstejaars deze afgelopen eerste maand van hun nieuwe studie hebben ervaren. Heel leuk maar ook ontzettend druk! Waarschijnlijk kregen ze een bomvol programma en heel veel huiswerk, net als ik! Ik ervaar het nu zelf, want naast mijn baan als Windesheim-docent ben ik zelf dit jaar ook begonnen als deeltijd eerstejaars (aan de ArtEZ-opleiding docent Beeldende Kunst en Vormgeving).
Ik heb acht vakken en elke docent geeft een berg huiswerk op waar je u tegen zegt: ‘Leg je leven vast in schetsen, collages en foto’s’. ‘Maak tekeningen waarbij je andere zintuigen gebruikt dan je ogen’, ‘Vervaardig assemblages van spullen uit je huis’, of ‘Maak sculpturen geïnspireerd op een voorwerp met een interessante vorm’.
Naast al deze werkstukken vult mijn kamer zich met geplukte takken om een stilleven van te maken, kilo’s boeken en allerlei teken-, snij- en plakmateriaal. Mijn laptop vult zich, naast een uitpuilende e-mail, met verhandelingen over kunstgeschiedenis.
Proppen
Zo ben ik vandaag bezig met het zelfportret van Albrecht Dürer, als voorloper van de hedendaagse selfie en van ons huidige individualistische wereldbeeld. Ondertussen probeert mijn hoofd de vele ideeën die ik krijg in een planning te proppen. Het werk stapelt zich op. Bij elke opdracht denk ik: ‘Dat kan ik! Maar wanneer?’ En ga onmiddellijk aan het werk.
Tijd voor perfectionisme is er niet en dat is ook niet de bedoeling. In deze eerste maanden van de opleiding gaat het kennelijk om kwantiteit en nog niet om kwaliteit. Ook leer je een nieuwe taal en woorden die bij de opleiding horen. Bij de kunstopleidingen hebben ze het bijvoorbeeld vaak over ‘zoeken naar de lijn’ en ‘divergeren’. Als ik die woorden gebruik bekruipt me soms het gevoel van een imposter syndrome.
Handschrift
Sommige klasgenoten zijn getalenteerd of hebben al een eigen ‘handschrift’. Maar ik heb ook mijn kwaliteiten merk ik: ‘Wat weet jij veel!’ hoor ik wel eens. Inderdaad, over educatie weet ik natuurlijk het nodige: formatief handelen, autonomieondersteuning, faciliterend onderwijs, dat zijn woorden die ik al ken van Windesheim. En een visie op onderwijs heb ik ook al.
In mijn klas zitten veel vrouwen en een paar jongens, de leeftijd varieert van 20 tot 61 jaar. We zijn allemaal gedreven en binnen no time hadden we vier appgroepen: één voor de klasse-info en het huiswerk, één groep om elkaar inspiratie te sturen – het is tenslotte een kunstopleiding –, nog eentje voor de kunstreis die we gaan maken en een groep speciaal voor mij en klasgenoten die met elkaar intervisie willen doen over een vak.
De docenten komen uit de kunstwereld en zijn ook allemaal kunstenaars die zichzelf op nationaal en zelfs wereldniveau bewezen hebben. Een ervan, Marieke de Jong, bleek een kunstwerk voor Windesheim te hebben gemaakt: de gekleurde ’visjes’ in de entreehal van het X-gebouw.
Studieritme
Het valt me niet mee om te gaan met wat er allemaal op je afkomt als eerstejaars. Zouden al die nieuwe studenten die bij ons op Windesheim begonnen al een studieritme hebben gevonden? Heeft een student van pakweg de lerarenopleiding Biologie, HBO-ICT of Finance & Control dezelfde ervaringen als ik? Wat vertellen zij thuis over hun nieuwe leven, hun klas en hun docenten?
Mijn 19-jarige zoon aaide me gisteravond om 23.00 uur over m’n hoofd na een lange avond huiswerk: ‘Ik vind dat je wel heel goed bezig bent, mam.’
Ariane Niemeijer is docent Engels bij domein BMR en geeft daarnaast PPR-modules over kunstzinnige ontwikkeling