Christina Rahmati en Rima Minasian (beiden van de lerarenopleiding geschiedenis) studeren het komende semester in het buitenland. Christina vlakbij New York, Rima in Moskou. Ze schrijven elkaar brieven over hun belevenissen.
Ook de tweede maand hier in Rusland is voorbij gevlogen. Nog steeds heb ik het enorm naar mijn zin. Soms vind ik het vreemd dat ik me zó thuis kan voelen in een vreemd land, waar ik de taal zo goed als niet spreek.
Dat valt me overigens tegen hoor, de taal. Ik had verwacht dat ik het onderhand wel een beetje zou beheersen, na ruim zeven uur Russische les per week, twee maanden lang. Maar die gedachte moet ik helaas bijstellen. Het stoort me niet genoeg om me hier niet thuis te kunnen voelen, maar ik mis daardoor wel intimiteit met de plaatselijke bevolking.
Ik merk dat ik het erg lastig vind om mijn ervaringen in Moskou te delen, ook met mijn vrienden en familie thuis. Vaak omdat ik niet kan uitleggen wat Moskou zo bijzonder maakt. Het valt stil aan de andere kant van de telefoonlijn als ik zeg dat tijd niet dezelfde tijd is als in Nederland. Tijd is een andere dimensie hier. De dagen vliegen voorbij terwijl je veel langer nodig hebt om een klus te klaren.
Om maar een voorbeeld te geven: ik moest laatst mijn visumpapieren naar de negende verdieping brengen. Ik ben zo terug, zeg ik tegen mijn kamergenoot. Zodra ik de lift in stap en op zoek ga naar het knopje voor de negende verdieping, vraag ik me af of die vodka van gisteravond misschien nog nawerkt. Ik zie heel veel getallen maar ik mis er een aantal, waaronder de negen. De lift ernaast heeft wel knopje negen, maar helaas gebeurt er niks als ik het juiste knopje in druk. Verdieping negen, hoe moeilijk kan het zijn? Pas bij de zesde lift is het eindelijk raak.
Dat zelfs een ritje met de lift hier zo’n happening is… hoe moet ik dat ooit in Nederland uitleggen, waar alle liften gewoon normaal hun werk doen?
Kus, Rima