Oud-journalistiekstudent Silke Polhuijs zoekt de beste Zwolse plekken om te lunchen, te dineren of te borrelen. Deze week: frietwinkel Dapp.
Kijk, in feite gaat er niets boven een vette hap. Vooral als je een excuus hebt: dat het weekend is, bijvoorbeeld. Maar als je je friet bij Dapp haalt, heb je toch wel het allerbeste snack-excuus. Met jouw vette hap ben je dan namelijk vet goed bezig voor het milieu.
Dapp (in de Roggenstraat) opende begin maart en verkoopt biologische friet. De piepers worden gesneden waar je bij staat. En niet alleen de patat is goed voor de wereld, want biologisch geteeld, de snacks en drankjes zijn idem dito. Maar is het ook lekker? Ik bestel een kleine friet met mayo. Plus een geitenkaaskroket. En dan ook maar meteen zo’n biologisch drankje, wat in een groen glazen flesje zit. Veel zitplek is er niet in Dapp, dus krijgen vriendin en ik een meeneemtas.
De friet smaakt apart: niet echt zout. Ze hadden er van mij best een zakje zout bij mogen doen. Om deze reden worden de patatjes na een tijdje een beetje flauw. Los daarvan smaken ze goed: veel verser dan normale patat. Je proeft echt aardappel, in plaats van een zout, gefrituurd stukje niks. De mayo is zonder ei. Je denkt ‘hoe dan?’ en ik heb dus ook geen flauw idee. Lekker is ’t wel: lichtelijk zuur, zoals je de mayo in Frankrijk kent. Maar het klapstuk moet nog komen. De geitenkaaskroket werk ik in geen tijd naar binnen, want die is echt goed te doen. De ragout heeft de subtiele smaak van geit, waardoor je niet een grote, machtige hap geitenkaas in je mond hebt.
En dan nu de vraag waarvan ik weet dat je ‘m wilt stellen: wat kost dat? Nou, helemaal niet veel. Bij biologisch denk je al snel aan duur. Maar het frietje was 2,70, de kroket 2,50 en het drinken ook. Zo goed als hetzelfde als bij een gemiddelde snackbar. En dan ben je óók nog eens goed voor het milieu; wat mij betreft een voortreffelijk excuus.
