Bmx’en aan de andere kant van de wereld

Manon Veenstra, pabo-student op Windesheim, is één van de beste bmx’ers van ons land. Maar ze wil de allerbeste van de wereld worden, en daar heeft ze veel voor over. Heel veel. Zelfs een verhuizing naar de andere kant van de wereld.

De komende vier maanden woont en traint de 19-jarige studente in Nieuw-Zeeland. Maar waarom blijft ze niet gewoon in Nederland, hier kan toch ook worden getraind? Manon: “De laatste jaren heb ik ervaren dat ik goed fiets wanneer ik me goed voel. Ik heb in Nederland een aantal trainers gehad die fantastische trainers zijn, maar misschien niet helemaal fantastisch bij mij als persoon pasten.”

In de Nieuw-Zeelander Matthew Cameron vond ze iemand die wél het beste uit haar haalt. “Hij is een oud-rijder waar ik altijd al tegen opkeek. Ik denk dat hij perfect bij mijn visie past en hij denkt heel erg in oplossingen in plaats van in problemen.”

Vorige winter trainde ze ook al zeven weken in Nieuw-Zeeland, vooral om te testten hoe dat zou uitpakken. “Het jaar daarvoor ging het wat minder met vrijwel alles, dus ik had toch niet veel te verliezen.” Aan de andere kant van de wereld kreeg ze het plezier in de sport terug. “Ik ging met sprongen vooruit en vond mijn oude ‘ik’ weer. Ik kwam als een compleet ander persoon en rijder terug in ons kikkerlandje.”

Manon, eerstejaars pabo op Windesheim, bereikte tot nu toe bij de jeugd elf keer een WK-finale en eindigde daarbij acht keer bij de beste vier. Dit seizoen maakte ze de overstap naar de senioren. Dat ging niet zonder slag of stoot. “In deze klasse rij je tegen de wereldtop.”

Dat ze zich in 2017 toch wist te plaatsen voor het Wereldkampioenschap, noemt ze het hoogtepunt van haar sportcarrière tot nu toe. “Dat was een heel emotioneel maar vooral trots moment!”

Blindedarmontsteking
Vorig jaar was een pechjaar voor Manon. Onderweg naar huis, na het WK, sloeg het noodlot toe: Manon kreeg last van een blindedarmontsteking. Maar dat had ze aanvankelijk niet eens door. “Ik voelde me wel wat ziekjes, maar had niet echt veel last. Ik heb er toen nog anderhalve week mee rondgelopen.” Pas toen ze zich steeds zieker ging voelen, meldde ze zich in het ziekenhuis. “Het was behoorlijk foute boel! Ik heb acht dagen in het ziekenhuis moeten verblijven en ben op drie plekken opengesneden.”

Het herstel verliep niet ideaal. “Mijn wond wilde niet goed helen. Dit heeft me behoorlijk verzwakt en daardoor heb ik de resterende wedstrijden van het jaar moeten missen. Maar inmiddels zit ik weer helemaal in elkaar.”

Geen sport voor meisjes
Dat Manon ooit zou gaan bmx’en, stond eigenlijk al vast toen ze nog maar een peuter was. Als tweejarige was ze reeds naast de crossbaan te vinden. Daar keek ze toe terwijl haar oudere broer rondjes reed op zijn bmx-fiets. “Mijn vader had nachtdiensten in die tijd. Dus wanneer mijn broer ‘s avonds training had en mijn moeder met hem mee ging, moest ik ook mee omdat ik te jong was om alleen thuis te blijven.”

Toen ze ouder werd klom ze zelf op de fiets, ook al was haar moeder daar op tegen. “Ze vond het geen sport voor meisjes. Maar de trainer zag hoe leuk ik het leek te vinden en als mijn moeder even niet oplette, nam hij me mee de baan op.”

Red jezelf maar
Bmx is qua topsport niet groot in Nederland en dat levert problemen op voor Manon. “Er is een klein groepje bmx’ers in Nederland dat heel goed wordt begeleid door de bond en dat alles betaald krijgt.” Dat ‘kleine groepje’ bestaat uit welgeteld twee meiden. “Wanneer je daar niet bij zit, is het een beetje ‘red jezelf maar’.” Dat kan vooral op financieel gebied lastig zijn, bijvoorbeeld als Manon wil meedoen aan een belangrijke wedstrijd in het buitenland. “Het is elke keer maar de vraag of ik genoeg geld bij elkaar kan krijgen om te gaan. Helaas is het niet anders.”

Geen achterstanden
Staat haar pabo-studie haar sportieve ambities niet in de weg? En kan ze zo maar vier maanden school missen? Manon: “Windesheim denkt heel goed met me mee en ondersteunt me goed in mijn doelen. Ik studeer op afstand, dus ga alleen naar school wanneer de tentamenweken zijn. De periode die ik nu mis, mag ik inhalen in de derde periode.” Ideaal voor Manon. “Ik loop geen achterstand op en ik kan mijn lessen hier in Nieuw-Zeeland gewoon voortzetten.”

25 graden
Manon verblijft bij een gastgezin, dat bevalt haar erg goed. “Ze zijn fantastisch. Aangezien ik best een tijd van huis ben en ook niet thuis zal zijn tijdens Kerst en Oud & Nieuw is het heel fijn om een plekje te hebben dat voelt als een tweede thuis. Het is jammer dat ze dit interview niet zullen begrijpen, want ze verdienen zeker een shout out.”

Manon geniet van het leven in Nieuw-Zeeland. “De hele cultuur is hier anders. De mensen zijn hier supergemoedelijk en sportgericht. Het allergrootste verschil met Nederland is het weer. Terwijl het bij jullie vriest, is het hier ongeveer 25 graden, en de zomer is nog niet eens begonnen!” (WvE)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *