CvB-voorzitter Henk Hagoort is sinds kort lid van het bestuur van de Vereniging Hogescholen.
Wat doet de Vereniging Hogescholen?
‘Het is toch vooral een platform waar je elkaar ontmoet, ideeën kunt uitwisselen en kunt zien met wie je stappen kunt zetten. Het bestuur legt de hogescholen niks op; het is echt een brancheorganisatie. Maar ze voert ook de cao-onderhandelingen namens de hogescholen, en het bestuur kan, als het daarvoor kiest, besluiten nemen die voor alle leden bindend zijn.’
‘Ik heb in mijn portefeuille het thema Leven Lang Leren, en ik ben voorzitter van de commissie Bekostiging. Dat is de commissie die zich bezighoudt met de financiering van het onderwijs vanuit Den Haag. Een actueel onderwerp binnen de commissie is bijvoorbeeld het wetsvoorstel voor de halvering van het collegegeld voor eerstejaars. We zijn benieuwd hoe dat gaat uitpakken.’
Den Haag lijkt in de greep van het rendementsdenken.
‘Dat staat vol op de politieke agenda. Als hogeschool wil je er voor zorgen dat zoveel mogelijk studenten hun diploma halen in de tijd dat ze door de overheid bekostigd worden – dat is een jaar of vier, vijf. Als je langer studeert kost dat de hogeschool geld. Ik vind dat we studenten meer ruimte moeten geven om in hun eigen tempo te studeren. Dat is een spannende discussie want dan moeten we in gesprek over de bekostiging en bijvoorbeeld de rol van het bindend studieadvies.’
Vandaar ook het experiment met betalen per studiepunt.
‘Aanvankelijk waren wij en de Hogeschool Utrecht de enige die daarmee wilden experimenteren, maar ik hoor dat vanuit de studentegeledingen steeds meer stemmen opgaan: waarom doet onze hogeschool hier niet aan mee?’
Kan de Vereniging zoiets stimuleren?
‘Die neemt in eerste instantie geen standpunt in. Neem leven Lang Leren. Zijn de hogescholen primair gericht op het uitreiken van diploma’s, of gaan we, als onderdeel van onze publieke taak, ons ook hard maken voor modulair onderwijs? Sommigen zijn voorstander van dat laatste, en willen bij de overheid aankloppen voor bekostigd modulair onderwijs. Anderen waarschuwen dat commerciële onderwijsinstellingen daar dan ook recht op krijgen, en dat je als hogeschool zo je eigen graf graaft. Zij vinden het verstandiger om dat soort activiteiten in een aparte commerciële poot onder te brengen. Denk aan Avans+. Die twee standpunten komen in de Vereniging bij elkaar; de vereniging neemt daar geen standpunt over in. Of denk aan de associate degrees. Het initiatief lag lang bij zeven hogescholen, de AD7. Toen die er hun schouders onder zetten, kon het serieuze vaart krijgen. Daarná is de Vereniging de coördinatie gaan overnemen.’
Op welke nieuwe ideeën zijde leden aan het broeden?
‘Op dit moment zijn er vijf hogescholen die nadenken over een ’professional college’. Dat is een opleiding waarin een maatschappelijk vraagstuk centraal staat. Studenten kunnen aangeven wat voor bijdrage ze daaraan willen leveren, waarna hun opleiding daarop wordt afgestemd. Individueel, kleinschalig. Toen ik daarvan hoorde, dacht ik: dat hebben we op Windesheim al. Dat is het WHC. Alleen is dat bij ons gelabeled als een honours college. En we hebben een voorsprong want wij hébben namelijk al een CROHO dat uitgaat van maatschappelijke vraagstukken: global project and change management. We zijn toen bij elkaar gaan zitten om dat “label” professional college meer inhoud te geven. Twee hogescholen hebben onlangs een verzoek voor een dergelijke opleiding ingediend bij het NVAO, maar dat werd afgewezen. Want men “was niet in staat de arbeidsmarktbehoefte te meten”. Tja…. dat wordt natuurlijk een kip-of-ei verhaal. Utrecht heeft nu een aangepast voorstel voor een professional college ingediend. Eens kijken hoe dat afloopt…. In zo’n geval kom je niet alleen binnen de vereniging interessante gesprekspartners tegen; de vereniging kan, door de hogescholen bij te staan in het overleg in Den Haag, zo’n nieuwe ontwikkeling ook stimuleren.’ (MH)