Technische Bedrijfskunde-student Geert Nentjes plaatste zich onlangs voor het WK Darten in december.
Daar, op het allerbelangrijkste toernooi binnen het darten, moet de twintigjarige Urker het misschien wel opnemen tegen wereldtoppers als Michael van Gerwen of Peter Wright.
Gefeliciteerd! Hoe blij ben je hiermee?
“Superblij, het wordt gewoon een heel mooie ervaring! Het wordt de eerste keer dat ik op het hoogste podium sta. Het is natuurlijk de vraag hoe ik met de druk omga maar ik heb geen verwachtingen voor het WK en ik heb ook niet het gevoel dat ik moet winnen. Ik wil vooral een goede wedstrijd spelen en hopelijk kom ik zo ver mogelijk.”
Je plaatsen voor het WK was geen makkie.
“Ik stond er goed voor maar ik was nog niet zeker van deelname, ik moest nog één plek stijgen op de ranglijst om mij te kwalificeren. Het toernooi van vorige week was mijn laatste kans. Doordat ik daar de finale haalde is dat gelukt.”
Tegen welke speler dart je straks het liefst?
“Ik heb geen voorkeur, maar als ik echt iemand moet kiezen ga ik voor Jermaine Wattimena of Jelle Klaasen. Die jongens ken ik best goed en op toernooien ga ik vaak met ze om. Als ik dan toch moet verliezen, dan maar van iemand die ik goed ken.”
Zou je professioneel darter willen en kunnen worden?
“Als ik het goed doe, zou ik absoluut kunnen leven van het darten. Een startplek voor het WK is al goed voor een paar duizend pond en met het jeugd-WK heb ik ook aardig wat verdiend. Met de vloertoernooien kun je, als je ver komt, ook heel veel geld binnenharken. Nadeel is wel dat je niks verdient op zo’n toernooi als je geen goed resultaat behaalt.”
Op welke leeftijd begon je eigenlijk met darten?
“Ik dart nu zo’n vijf à zes jaar. Ik zag het een keer op tv en het leek me wel een leuk spelletje. Een vriend van mij was net begonnen met darten en toen ben ik een keer met hem meegegaan. Langzaamaan is het uit de hand gelopen.”
Lijdt je studie niet onder het darten?
“Studeren en darten was prima te combineren, tot afgelopen week. Ik heb vorig weekend namelijk een ‘tourkaart’ gekregen, daarmee mag ik de komende twee jaren aan alle zogeheten vloertoernooien meedoen. Met die toernooien kan je je dan weer plaatsen voor de grote tv-toernooien. Deze vloertoernooien worden bijna elk weekend gespeeld en dat maakt het lastig in verband met mijn studie. Voor zo’n toernooi stap ik vaak op vrijdag al op het vliegtuig en ga ik pas op maandag weer terug. Volgend jaar zal ik ongeveer dertig weekenden van huis zijn.”
Je maakt gebruik van Windesheims regeling voor topsporters.
“Met een normaal studieprogramma hou ik niet genoeg tijd over voor het darten, daarom heb ik die topsportregeling nodig. Vijf dagen lang op een stageplek zitten en dan vrijdagmiddag gelijk door naar Schiphol, dat gaat niet werken.”
Je staat ook op het punt van afstuderen toch?
“Ik ben nu inderdaad bijna klaar met mijn studie, die wil ik eerst afronden. Daarna wil ik mij volledig focussen op darten. Ik wil straks twee jaar kijken hoe ver ik kan komen met darten. Ik hoop professioneel darter te kunnen worden om dan uiteindelijk de Top 16 van de wereld te halen. Geleidelijk naar de top, dat is de bedoeling.”
Tekst: Wouter Luijken
Foto: Jasper van Overbeek
